De meerwaarde van vrijwilligers
1132
page-template-default,page,page-id-1132,page-child,parent-pageid-40,bridge-core-1.0.7,ajax_updown_fade,page_not_loaded,,qode-theme-ver-18.2.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-6.0.5,vc_responsive
 

Benieuwd wat vrijwilligers kunnen betekenen voor onze bewoners? We laten u graag kennismaken met onze coaches voor zang&muziek en schilderles.

Bonnie Hoekstra, zangcoach

“Muziek biedt geluksmomentjes”

Zelf is ze al ruim veertig jaar bezig met muziek en met zang: voor Bonnie Hoekstra is zingen en zangles geven echt haar passie. In Het Groen Gasthuis leidt ze een bewonerskoor en zingt ze met individuele bewoners. “Met zangles probeer je mensen de eigen klank te laten vinden. Bij mensen met dementie is het meer dat je probeert hun zijn, hun ziel te zien. Muziek maakt dat ze zichzelf weer een beetje openen. En dan kun je werkelijk contact hebben.”

Sinds drie jaar komt Bonnie Hoekstra op de dinsdagmiddag naar Het Groen Gasthuis, als coach voor zang en muziek. In de voorste huiskamer (‘die is het rustigst’) zit ze met bewoners om de tafel, “soms met vijf soms met 10 bewoners. Het is natuurlijk niet verplicht. Er wordt een half uurtje gezongen, dan drinken we wat en draai ik muziek, en dan zingen we weer een half uurtje.”

Muziekbrein blijft lang intact

Zodra de map met liedjes op tafel komt, is er bij de meeste bewoners meteen herkenning wat er gaat gebeuren. “In die muziekmap zitten liedjes van toen bewoners tussen de 20-30 jaar waren, en dat gaat fantastisch”, zegt Bonnie. “Onderzoek maar ook de ervaring leert dat muziek uit die tijd herkenbaar blijft. Het deel in de hersenen dat muziek ontvangt en bewaart, blijft lang intact, via die weg kun je dus echt bij iemand komen. Mensen openen zich.”

Bonnie was al langer gefascineerd door hoe muziek positief kan werken bij mensen met dementie. Toen de coronapandemie aanbrak en zangles geven niet mogelijk was, kwam het idee op muziekcoach voor Het Groen Gasthuis te worden. “Ik wist niet goed wat ik kon verwachten. Ik had wel eens filmpjes op internet gezien dat mensen meezongen en meeklapten en toen dacht ik: ik weet niet of ik dat geloof.” Het tegendeel bleek waar en Bonnie is nog steeds verbaasd over wat muziek met de bewoners doet en de voldoening die ze daar aan beleeft.

Alert op signalen
Elke week weer verloopt het koortje anders. “Bij mensen met dementie is het continu aftasten hoe de stemming is. Ik let voortdurend op signalen. Zit iemand veel met de vingers te trommelen, dan kan dat wijzen op onrust. Dat wil je niet. Ik kijk ook goed naar de sfeer onderling en wie er om de tafel zit. Sommigen houden erg van klassieke muziek, en dan luisteren we in de pauze bijvoorbeeld naar Bach of Mozart. Maar soms is het gewoon ook heel gezellig hoor! Dan dansen we door de kamer en zingen we “Aan de Amsterdamse grachten”- allemaal heel spontaan en leuk. Maar ik blijf alert op wat het met mensen doet.”

Waarom werkt muziek zo goed bij mensen met dementie? “Zingen maakt rustig”, geeft Bonnie aan. “Het zoemende geluid in het hoofd werkt rustgevend bij mensen die voor muziek gevoelig zijn. En dat willen we natuurlijk graag: minder stress, minder prikkels. Soms wil een bewoner bijvoorbeeld niet douchen of de boterham opeten. Dan kun je muziek draaien waar de bewoner van houdt, de bewoner ontspant zich en wil dan wel douchen of het brood opeten.”

Nog zo’n mooi voorbeeld: mensen met dementie zijn heel direct. “Ik vind het niks”, is de reactie die Bonnie in het begin wel eens hoorde. “Maar dan bleef mevrouw er wel bij zitten, na een tijdje gingen haar lippen bewegen en even later zong ze mee. Het feit dat iemand beweegt, al is het maar een beetje met de hand – dat is geweldig. Dan heb je toch contact gemaakt. Muziek maakt die ingang tot mensen mogelijk.”


Eén op één aandacht
Na anderhalf jaar koortje kwam het idee op om met bepaalde bewoners muziek te luisteren of samen te zingen. Bonnie biedt dit nu aan vier bewoners aan. “Bij de groep staat vooral de gezelligheid centraal. Bij het 1-op-1 contact vooral de individuele aandacht en de muzikale voorkeur van de bewoner. Ik gebruik hierbij altijd klassieke muziek of kerkliederen, daar reageren deze bewoners heel goed op. Ik kijk erg naar de eigen muzikale achtergrond. Voor ieder individueel heb ik een Spotify lijst, ik neem een boxje mee en als de muziek draait luisteren we en soms volgt er dan nadien spontaan een open gesprekje. Soms is het rustige muziek, dan weer barokmuziek en dansen we daarop. Er is één mevrouw die eigenlijk in vijf minuten al helemaal ontspannen raakt van pianomuziek. Een andere bewoner houdt erg van kerkliederen, daar wordt ze heel blij van. Ze ervaart dan weer iets van de steun die deze haar altijd boden. Soms wekt het ook verhalen over vroeger op. Dan vertelt ze over haar vader. Op een vrij simpele manier kun je dus met muziek het stressniveau omlaag brengen. Kun je bewoners een geluksmomentje meegeven, precies waar Het Groen Gasthuis voor staat.”


Jenny Weegenaar-Possèl, schilderles

“Oh, wat is het fijn om dit te doen”

“Ik heb bij de GGD gewerkt als kwaliteitsfunctionaris, daarnaast  schilder ik al heel lang. Elk jaar volg ik wel een opleiding in klassiek schilderen, de laatste jaren bij Svetlana Tartakovska, in haar atelier in Haren. Ik wil leren en verder komen in het ambacht schilderen en na mijn pensioen kon ik mij daar nog verder op toeleggen. Deze zomer besloot ik: ik ga vrijwilligerswerk doen dat met mijn passie te maken heeft. Schilderen biedt ontspanning, een soort Zen. Mensen blij maken, hen iets leuks bezorgen, dat wou ik.

Het voelde als een warm bad dat ik zo welkom was bij Het Groen Gasthuis. Toen kwam de grote vraag: wat wil je? Dat wist ik eigenlijk niet. Ik heb namelijk totaal geen ervaring met mensen met geheugenproblemen. Zien ze mij wil zitten? Kan ik het eigenlijk wel? Afgesproken dat ik het eerst eens ga proberen. Met een groep van drie bewoners schilder ik nu om de tien dagen. Ik neem paneeltjes mee, verf, goed papier en goede verf van Talens. Ze hebben alle drie vroeger wel geschilderd. Er is angst, “ik durf niet”, hoor ik dan. Bijna moest ik de eerste twee keer bij een paar van hen de hand vasthouden. Ik begin dan met de eerste streken en dan langzaamaan gaat het vanuit henzelf. Eén van hen is trouwens een heel goede schilder, die heeft ook altijd veel geschilderd. Die geef ik extra uitdagingen. Voor de anderen neem ik eenvoudiger spullen mee, aardewerk, macarons, bloemen… We schilderen naar waarneming.

Tussendoor praten over vroeger

En zo zijn we twee uur bezig, dat is best lang. “Oh Jenny wat is het fijn om te doen”, hoor ik dan. Het is me dus gelukt om dat weer naar boven te halen. Dat is zo mooi. Je hebt twee uur de tijd met elkaar, je schildert, en je praat tussendoor wat over vroeger. Alles passeert de revue. En als ik nu bij de deur sta, zwaaien ze al naar me. Dat ze mij herkennen en blij zijn met wat ik doe, dat doet mij ook goed. Eerst durfden ze de kwast niet op te pakken en nu schilderen ze gewoon. Ik had niet verwacht dat dit eruit zou komen. Er zit zo veel meer in deze mensen dan waarover je leest.”